Artikelen

Hunkeren op Terschelling

Terschelling-hoorn, 31 juli 2008 – Ze zijn elf en de een heeft al een blote schouder met flinterdun roze bh-bandje. Ze zijn bloedmooi, maar dat beseffen ze nog niet echt. Getweeën staan ze tegen de zijwand van de volle, schemerige barzaal van Café De Groene Weide samenzweerderig druk te doen met hun mobieltjes. Ze wachten op het optreden van Hessel, de zingende cafébaas en onbetwiste popheld van Terschelling en omstreken.

Dat doet ook het triootje dames op leeftijd schuin voor ons. Het zijn twee lange kortgeknipte, met daartussen een kleiner exemplaar met wat langer, frivoler haar. Alle drie de kapsels zijn van hetzelfde kappersgrijs en ze gaan uniform gekleed: donkerblauw truitje op grijzige broek, alleen de kleinste draagt een rok. Ze drinken witte wijn. De kleinste staat onafgebroken innig hand in hand met een van de twee andere. Ze kijkt wat afwezig.

Dan is het moment daar: Hessel gaat loos! De artiest oogt als mijn kaasboer on speed, maar hij heeft er vanavond overduidelijk zin in. Net als het publiek, dat ter aanmoediging alvast klapt en juicht. Graatmagere puberjochies dringen langs ons heen naar voren, plakhaar op verhitte koppen, rood van de spanning. Hessel is cool en hun avond vet, dat staat nu al vast. Wij hebben het gewoon warm, maar hoeven niet te rijden dus kunnen een biertje innemen.

Ondertussen laten we ons verbazen door het zingende Waddenfenomeen, dat in eigen huis tot ieders vreugd even soepel als verdienstelijk door de pophistorie walst, als hij ooit deed voor een vol  Ahoy of Thialf. Het gaat van de Doobie Brothers naar U2 en nog veel meer, steeds met een kwinkslag. In John Denvers ‘Take me home, country road’ leidt de landweg niet naar West Virginia, maar naar West Terschelling.

Al gauw zit de stemming er goed in, er wordt gedronken maar niet gezopen. Biermurenvolk komt hier niet. Alleen de kleinste van het damesdriespan heeft het moeilijk. Met haar vingers nog altijd stevig verstrengeld met die van haar metgezellin tuurt ze onophoudelijk onder de oksel van de laatste door naar de toegangsdeur. Dit is hunkeren. Hier wordt even vurig als desperaat gehoopt.

Tijd voor eigen werk, vindt Hessel. Het ongelukkige egeltje dat pootje voor pootje besluit om de snelweg over te steken, welks droevig lot hij op de plaat in zo gevoelige, ingetogen balladevorm bezingt, wordt hierbinnen in vrolijk up-tempo tot straatschnitzel verwerkt, fijngestampt tussen het steeds terugkerend refrein: ‘Egeltje, wat doe jij daar in het grote zwarte bos?NEU-KEN! juicht het dan uit wat klinkt als duizend tienerkelen, strak in de maat. Het slaat natuurlijk nergens op, maar weten die pubers veel wat je anders in een groot zwart bos moet doen?

Het oudere publiek kijkt ernaar en grinnikt wat. Hier en daar proberen vlotte veertigers en vijftigers voorzichtig te dansen. Het bh-bandje en haar hartsvriendin zijn aan zulk openbaar driftleven nog niet toe, druk in gesprek met elkaar en hun toestellen vlinderen ze vol schijnbare urgentie achter elkaar aan de zaal door. De kleinste van het damestrio houdt nog altijd hand in hand met die andere allengs wanhopiger de deur in de gaten. De andere twee converseren over haar hoofd heen verder alsof ze er niets van merken. Niemand komt.

Hessel werkt hard, na een pauze die bijna te kort is om buiten een sigaret te roken (en nee, meneer, dat biertje mag niet mee de zaal uit), begint de tweede sessie van opnieuw bijna een uur. De puberjochies werken al even ernstig aan hun status van concertbezoeker. Zij zijn de eerste generatie die het aanstekerzwaaien moet leren zonder in zo’n zaal op het aansteken van tabak te mogen oefenen.

Opnieuw is een eigen nummer het onbetwiste hoogtepunt. Met het opgewekte ‘Over honderd jaar zijn jullie allemaal dood…, en wij ook…, en ik ook!’ weet de Terschellingse popster het minder doorgewinterde deel van zijn publiek op de valreep danig af te bluffen. Het blauwgrijze trio is het dan allemaal al te veel geworden, de dames zijn in het niets opgelost. Aan toegiften doet Hessel niet, maar buiten zijn er vallende sterren. De nacht is zoel en mooi.

(Dit artikel werd in 2008 geweigerd door de eindredactie van NRC als zijnde kinderporno. Het verscheen vervolgens in Hollands Maandblad)

Waardeer dit artikel!!

Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Je kunt me ook met een vast per bedrag per maand steunen: klik dan hier. Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.

Mijn gekozen donatie € -